Op vrijdag 7 november presenteerden prof. dr. Karin Slotema, prof. dr. Ad de Jongh en promovendus Simon Hofman recente onderzoeksbevindingen tijdens het vGCT najaarscongres. De lezing trok meer dan 150 geïnteresseerde bezoekers.
Tijdens de presentatie werd ingegaan op een toenemende ontwikkeling binnen de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen: het toepassen van kortdurende traumagerichte interventies, waaronder EMDR-therapie. Vanuit het Adaptive Information Processing (AIP)-model werd toegelicht hoe vroegkinderlijke traumatische ervaringen persoonlijkheidsproblematiek kunnen beïnvloeden en hoe een gerichte casusconceptualisatie richting kan geven aan effectieve behandeling.
Daarnaast werden resultaten gepresenteerd van een gerandomiseerde gecontroleerde studie onder 159 patiënten met een persoonlijkheidsstoornis. De deelnemers kregen óf tien EMDR-sessies binnen vijf weken óf een wachtlijstconditie. Tot drie maanden na de behandeling leidde EMDR tot significante verbeteringen ten opzichte van de wachtlijstconditie op alle uitkomstmaten, met 44% remissie van de PS-diagnose en 73% remissie van de PTSS-diagnose (versus 16% en 40% respectievelijk, in de controlegroep). De therapie werd goed verdragen, met een lage uitval van 5% en zonder ernstige bijwerkingen. Tijdens het congres werden ook de voorlopige resultaten van de 12-maanden follow-up en het aanvullende zorggebruik gepresenteerd.
De bevindingen wijzen op de potentie van relatief kortdurende EMDR-therapie als waardevolle aanvulling op bestaande behandelmethoden. Dit kan bijdragen aan het verkorten van behandeltrajecten en het verlichten van de druk op de geestelijke gezondheidszorg.